Isolatiemaatregelen tussenwoning jaren 30
Jaren 30-woningen hebben over het algemeen geen spouwmuur, waardoor deze woningen een aparte categorie vormen met een andere ‘Standaard voor woningisolatie’ dan de overige woningen.
Kenmerken van deze woning
- Vooroorlogs
- Ongeïsoleerde vloer
- Ongeïsoleerde steensmuur (een muur die de dikte heeft van de lengte van de steen)
- Het dak is een jaar later geïsoleerd
- Ramen grotendeels HR++glas
- Klepramen enkel glas
De Standaard is het isolatieniveau waarbij de woning in principe voldoende geïsoleerd is om een laagtemperatuurverwarmingssysteem toe te passen. Het gaat om isolatie én de energieprestatie van het ventilatiesysteem. Dit geldt echter alleen voor woningen die na 1945 zijn gebouwd. Voor woningen van vóór 1945 is de Standaard lager. Als je daaraan voldoet, kun je met een laagtemperatuur-verwarmingssysteem je woning niet comfortabel warm krijgen.

Toelichting bij deze afbeelding
Bouwdeel huis | Eigenschappen | Specificaties |
---|---|---|
Begane grondvloer | ongeïsoleerde vloer | Rc = 0,33 m²K/W |
Voor- achtergevel | ongeïsoleerde gevel, steensmuur | Rc = 0,19 m²K/W |
Hellend dak | na-isolatie dak, bouwjaarklasse 1992-2013 | Rc = 2,50 m²K/W |
Dak en zijkant dakkapel | na-isolatie dak 50 mm | Rc = 1,33 m²K/W |
Ramen | grotendeels HR++-glas incidenteel: enkel glas (klepraam) | Uw = 1,80 W/m²K Uw = 5,10 W/m²K |
Voor- en achterdeur | ongeïsoleerde deur | Ud = 3,40 W/m²K |
Infiltratie | matige kier- en naaddichting | qv;10 = 3,00 dm3/s.m² |
Ventilatiesysteem | natuurlijke toe- en afvoer | systeem A1 |
Huidige netto-warmtebehoefte 148 kWh/m² | Standaard ≤ 93 kWh/m² |
3 maatregelenpakketten om te voldoen aan de Standaard
Er zijn 3 verschillende maatregelenpakketten voor een tussenwoning jaren ´30 om aan de Standaard te voldoen. Elk pakket wordt hieronder kort beschreven. In de schema's vind je een overzicht van het bouwdeel, de huidige situatie en de aanvullende maatregelen. Je ziet per bouwdeel de huidige situatie en de maatregelen die nodig zijn om aan de Standaard te voldoen.
Maatregelenpakket 1
In dit maatregelenpakket krijgt de steensmuur een geïsoleerde voorzetwand en het platte dak isoleer je van binnenuit. In combinatie met een verbetering van de luchtdichtheid en mechanische afzuiging voldoet de woning aan de ‘Standaard voor woningisolatie’. We gaan ervan uit dat het isoleren van de begane vloer niet mogelijk is, bijvoorbeeld bij een vloer op zand.
Bouwdeel | Huidige situatie | Maatregelen | Specificatie |
---|---|---|---|
Voor- en achtergevel | ongeïsoleerde gevel, steensmuur | geïsoleerde voorzetwand 100 mm (bv. Metal-Stud wand met 100 minerale wol, met een PIR-plaat kan dezelfde Rc-waarde met een dunnere dikte worden behaald) | Rc = 2,58 m²K/W |
Plat dak | na-isolatie dak 50 mm | dakisolatie 150 mm aan binnenzijde 1) (bv. minerale wol of EPS) | Rc = 3,55 m²K/W |
Infiltratie | matige kier- en naaddichting | verbeteren kier- en naaddichting: bij aanbrengen isolatie, tochtband kozijnen, afdichten doorvoeringen in dak | qv;10;ref ≤ 1,50 dm3/s.m² |
Ventilatiesysteem | natuurlijke toe- en afvoer | natuurlijke toevoer (handhaven klepramen) en mechanische afvoer | systeem C1 |
Netto-warmtebehoefte na maatregelen 89 kWh/m² | Standaard ≤ 93 kWh/m² |
Maatregelenpakket 2
De focus ligt op vloer- en gevelisolatie. Maatregelen aan de dakconstructie zijn niet nodig. In combinatie met een verbetering van de luchtdichtheid en mechanische afzuiging voldoet de woning aan de ‘Standaard voor woningisolatie’.
Bouwdeel | Huidige situatie | Maatregelen | Specificatie |
Begane grondvloer | ongeïsoleerde vloer | vloerisolatie 150 mm (EPS / PIR), bodemisolatie is ook mogelijk, dit vraagt een grotere isolatiedikte | Rc = 3,48 m²K/W |
Voor- en achtergevel | ongeïsoleerde gevel, steensmuur | geïsoleerde voorzetwand 100 mm (bv. Metal-Stud wand met 100 minerale wol, met een PIR-plaat kan dezelfde Rc-waarde met een dunnere dikte worden behaald) | Rc = 2,58 m²K/W |
Infiltratie | matige kier- en naaddichting | verbeteren kier- en naaddichting: bij aanbrengen isolatie, tochtband kozijnen, afdichten doorvoeringen in begane grondvloer | qv;10;ref ≤ 1,50 dm3/s.m² |
Ventilatiesysteem | natuurlijke toe- en afvoer | natuurlijke toevoer (handhaven klepramen) en mechanische afvoer | systeem C1 |
Netto-warmtebehoefte na maatregelen 87 kWh/m² | Standaard ≤ 93 kWh/m² |
Maatregelenpakket 3
Voor het derde maatregelenpakket is gekozen voor het ventilatiesysteem C4c. Dit betekent dat de luchttoevoer via zelfregelende roosters (zr-roosters) plaatsvindt en afzuiging op basis van meerdere CO2-sensoren. Om zelfregelende roosters te kunnen plaatsen moet soms ook het glas vervangen worden. In combinatie met vloer- en dakisolatie voldoet de woning aan de Standaard voor woningisolatie.
Bouwdeel | Huidige situatie | Maatregelen | Specificatie |
---|---|---|---|
Begane grondvloer | ongeïsoleerde vloer | vloerisolatie 150 mm (EPS / PIR), bodemisolatie is ook mogelijk, dit vraagt een grotere isolatiedikte | Rc = 3,48 m²K/W |
Ramen | grotendeels HR++-glas incidenteel: enkel glas (klepraam) | HR++ glas (bij vervanging glas) | Uw = 1,80 W/m²K |
Plat dak | na-isolatie dak 50 mm | dakisolatie 150 mm aan binnenzijde 1) (bv. minerale wol of EPS) | Rc = 3,55 m²K/W |
Infiltratie | matige kier- en naaddichting | verbeteren kier- en naaddichting: bij aanbrengen isolatie, tochtband kozijnen, afdichten doorvoeringen in begane grondvloer en dak | qv;10;ref ≤ 1,50 dm3/s.m² |
Ventilatiesysteem | natuurlijke toe- en afvoer | natuurlijke toevoer via zr-roosters en mechanische afvoer met CO2-meting in woonkamer en hoofdslaapkamer | systeem C4c |
Netto-warmtebehoefte na maatregelen 91 kWh/m² | Standaard ≤ 93 kWh/m² |