Meerjarenplan NPLW vastgesteld
In september is het meerjarenprogrammaplan van NPLW geactualiseerd en door de opdrachtgevers vastgesteld. Met de resultaten van de Lokale Warmte in Beeld, monitor Proeftuinen, en de binnengekomen vragen en signalen bij NPLW is het meerjarenprogrammaplan geactualiseerd en is de focus voor de komende jaren bepaald.
Ondersteunen van gemeenten met kennis en handelingsperspectief
Via de NPLW-website, de helpdesk, bijeenkomsten en persoonlijk via de accounthouders ondersteunt NPLW de gemeenten. NPLW wil hét loket zijn waar gemeenten alle informatie kunnen terugvinden over de lokale warmtetransitie. Naast gemeenten onderhoudt NPLW ook contact via de nieuwe regionale structuur (30 NPLW regio’s). Gemeenten kunnen via deze regionale structuur verbinding leggen tussen de lokale warmtetransitie en bovenlokale opgaven, zoals (regionale) netcapaciteit, Regionale Warmtestrategie en ruimtelijke opgaven. Maar ook kennis en capaciteit delen om de beperkte arbeidskracht voor de warmtetransitie regio-breed in te zetten.
Daarbij gaat NPLW ook gemeenten ondersteunen in het planmatig werken. Zodat bewoners, gebouweigenaren, netbeheerder, installateurs, bouwbedrijven en andere organisaties in de wijk, buurt of gebied tijdig weten waar ze aan toe zijn.
Signaleren en agenderen van kansen en belemmeringen bij uitvoering en beleid
Het NPLW heeft een belangrijke schakelfunctie tussen enerzijds de gemeenten en regionale partners en anderzijds de nationale partners in de warmtetransitie. Hiervoor halen ze successen, kansen en belemmeringen op die van belang zijn om de doelstellingen in de warmtetransitie te realiseren. Waar dit past binnen de rol en middelen van het programma, werkt NPLW ook actief mee aan de oplossingen voor deze knelpunten of kansen.
Monitoren van de voortgang van de lokale warmtetransitie
In 2024 herhaalt de NPLW het kwalitatieve onderzoek, Lokale Warmte in Beeld onder alle gemeenten. Hierin wordt ook de monitor proeftuinen verwerkt. Daarnaast komt er een kwantitatief onderzoek naar de voorgang in de lokale warmtetransitie.