Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw)

Het wetsvoorstel voor de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) is erop gericht om gemeenten de bevoegdheden te geven die nodig zijn om regie te voeren in de wijk- of gebiedsgerichte aanpak van de warmtetransitie. Een belangrijk instrument uit de Wgiw is de aanwijsbevoegdheid.

Warmteprogramma

Als eerste stap naar aardgasvrij hebben gemeenten een transitievisie warmte opgesteld. Daarin geven ze aan in welke gebieden zij de komende jaren aan de slag gaan met verduurzaming of het aardgasvrij maken van gebouwen. En wanneer zij verwachten dat het gebruik van aardgas in specifieke gebieden ook daadwerkelijk wordt beëindigd. Deze visie moet in 2026 worden geactualiseerd als verplicht warmteprogramma onder de Wgiw. Vanaf dan moet het warmteprogramma iedere 5 jaar worden geactualiseerd.

Aanwijsbevoegdheid

Onderdeel van de Wgiw is de aanwijsbevoegdheid. Die biedt gemeenten de mogelijkheden om in het omgevingsplan binnen hun grondgebied gebieden aan te wijzen die overgaan op een duurzame warmtevoorziening en waar het aardgastransport dus op termijn eindigt. Lees meer over de aanwijsbevoegdheid.

Juridische grondslag

Het wetsvoorstel Wgiw geeft de juridische grondslag om in hetomgevingsplan regels op te nemen over de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Het wijzigt daarvoor delen van de Omgevingswet en de huidige Gaswet. Het Besluit gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Bgiw) is de uitvoeringsregeling die bij de Wgiw hoort. Dit besluit vult belangrijke onderdelen van het wetsvoorstel Wgiw nader in.

Wetgevingstraject

Op 23 april 2024 is de Wgiw aangenomen door de Tweede Kamer. De Wgiw is pas definitief nadat de Eerste Kamer ermee instemt, en de wet is gepubliceerd in de Staatscourant. Het is de bedoeling dat de wet per 1 juli 2025 van kracht is. Deze datum kan als gevolg van ontwikkelingen in het wetgevingstraject nog veranderen.  Lees meer over het wetgevingstraject van de Wgiw.

Meer informatie

Cookie-instellingen