Toegankelijkheidslinks Ga naar de hoofdinhoud
NPLW logo Helpdesk

Organisatiemodellen warmtenet

In de toekomst krijgen veel gebouwen een aansluiting op een warmtenet. Om een warmtenet aan te leggen, warmte te produceren en gebouwen te voorzien van warmte, is een warmtebedrijf nodig. Op deze pagina lees je over 5 modellen en de koppeling met de Wet collectieve warmte (Wcw): regionaal warmtebedrijf, coöperatieve warmtenetten, 100% gemeentelijk warmtebedrijf, 100% publiek warmtebedrijf met verschillende aandeelhouders en publiek-privaat warmtebedrijf.

Met de komst van de Wcw verandert er veel voor de organisatie van een warmtenet. Zo moet een warmtebedrijf voor meer dan 50% in publieke handen zijn. Er zijn verschillende manieren om zo’n organisatiemodel in te richten.

Het regionaal warmtebedrijf

Als publieke partner werkt een regionaal warmtebedrijf samen met gemeenten en mogelijk provincies ​aan het ontwikkelen, realiseren en exploiteren ​van collectieve warmtenetten. ​Een regionaal warmtebedrijf biedt gemeenten kennis, kunde, capaciteit en kapitaal. Door als gemeente samen te werken met een regionaal warmtebedrijf verlaag je het ontwikkelrisico van lokale warmtenetprojecten en borg je de publieke belangen. 

Organisatiemodellen voor coöperatieve warmtenetten

Coöperatieve warmtenetten hebben een organisatie waar een warmtegemeenschap onderdeel van uitmaakt. De Wcw geeft warmtegemeenschappen de mogelijkheid om deel te nemen in een warmtebedrijf. Eindgebruikers krijgen zo meer zeggenschap en eigendom. Daarnaast geldt dat er sprake moet zijn van vrijwillige en open deelname voor iedereen die deel wil nemen en er mag geen winstoogmerk zijn.

Een 100% gemeentelijk warmtebedrijf

Bij een 100% gemeentelijk warmtebedrijf is de gemeente zelf helemaal verantwoordelijk voor de bron, distributie en levering van collectieve warmte. Omdat je alleen eigenaar bent loop je meer risico, maar krijg je ook de volledige zeggenschap.

Een 100% publiek warmtebedrijf met verschillende aandeelhouders

Een publiek warmtebedrijf kan je ook samen met andere gemeenten vormgeven. In dit geval een 100% publiek warmtebedrijf waarin meerdere aandeelhouders actief zijn (minstens 2). Dit kunnen gemeenten zijn, maar ook andere publieke partijen. De gemeente krijgt in de Wcw een cruciale rol bij het toewijzen van warmtekavels en het aanwijzen of oprichten van een warmtebedrijf.

Publiek-privaat warmtebedrijf

Met de Wcw komt de mogelijkheid om een warmte joint-venture op te richten waarbij de publieke partij een meerderheid in zeggenschap heeft. Dit organisatiemodel op basis van de Wcw bestaat nog niet, publiek-private samenwerking wel. 

Bij het organiseren van een publiek-privaat warmtebedrijf moet je letten op een goede combinatie van formeel en informeel samenwerken, een duidelijke taak- en rolverdeling, en op de belangrijke functie van de Raad van Commissarissen. Het warmtebedrijf moet financieel gezond blijven. De gemeente wil de tarieven zo laag mogelijk houden terwijl het warmtebedrijf rendement moet maken. En je hebt grootverbruikers nodig voor een rendabel warmtebedrijf. Het belang van de bewoners borg je doordat je samen optrekt als partners richting bewoners in de verschillende fases van ontwikkeling, realisatie en exploitatie.

Meer informatie