Den Haag blies een mislukt geothermieproject nieuw leven in

In 2008 was Den Haag de eerste Nederlandse gemeente die initiatief nam om een woonwijk te verwarmen met geothermie. Aanvankelijk mislukte het project, maar sinds 2021 is de geothermiecentrale toch operationeel.

Den Haag wordt een klimaat neutrale stad. In 2008 was Den Haag de eerste Nederlandse gemeente die initiatief nam om een woonwijk te verwarmen met geothermie. Aanvankelijk mislukte het project, maar sinds 2021 is de geothermiecentrale toch operationeel.

Eerste binnenstedelijke geothermiebron

De Haagse bodem is stabiel en heeft een potentieel aan geothermie. De ondergrond is erg geschikt en in de regio is er ook veel ervaring met olie en gaswinning. De geothermiecentrale aan de Leyweg is sinds eind 2021 operationeel. Het is hiermee de eerste binnenstedelijke geothermiebron. Het bedrijf Haagse Aardwarmte ontwikkelt en exploiteert de bron en levert via het warmtenet van Eneco warmte aan 2.000 woningen in Den Haag Zuidwest. Er is ruimte voor verdere groei tot zo’n 4.000 woningen. De gemeente onderzoekt op nog drie andere plekken in de stad om mogelijk nog 3 geothermiebronnen te realiseren. Uiteindelijk zou geothermie aan 8.000 woningequivalenten warmte kunnen leveren.

Faillissement

De gemeente startte in 2008 het geothermieproject mwet drie woningbouwcorporaties en twee energiemaatschappijen. De woningbouwcrisis leidde tot een tekort aan afzetmogelijkheden voor geothermie en had het faillissement van het eerste geothermieproject tot gevolg.

Een doorstart

In 2016 maakt het initiatief een herstart onder de naam “Haagse Aardwarmte Leyweg” (HAL). Het initiatief hiervoor kwam uit de markt, maar ook vanuit de gemeente (politiek) kwam aandacht voor geothermie, met een rol voor geothermie in het Stedelijk Energieplan en de transitievisie warmte. Het Stedelijk Energieplan is de basis voor hoe en wanneer Den Haag overgaat op schone energie. Het geeft een overzicht van alle bronnen en warmtenetten in de stad, de uitgangspunten en randvoorwaarden voor de uitvoering. Den Haag kiest hierin voor lokale bronnen en bestaande technieken. Dat zijn duurzame elektriciteit, geothermie, aquathermie en restwarmte.

Vinden van een geschikte boorlocatie

Het is een uitdaging om in de gebouwde omgeving een geschikte boorlocatie te vinden. Dit komt omdat de bovengrondse ruimte schaars is. Het opbouwen en opruimen van de boorinstallatie heeft veel ruimte nodig, namelijk meer dan een voetbalveld. Deze oppervlakte moet voor een lange tijd gereserveerd blijven. Tijdens de winningsfase nemen het ketelhuis (waarin zich de pompinstallatie en warmtewisselaar bevinden), en de kelderput (die zorgt voor een stevige basis voor de boring) slechts de helft van dit voetbalveld in waardoor er kansen liggen voor dubbelgebruik. Den Haag zet de grond in voor parkeerplekken of wateropslag.

Begrip creëren bij omwonenden

Het koppelen van de bron aan het warmtenet en het gereedmaken van het ketelhuis duren 3 tot 4 maanden. Tijdens deze bouwfase nodigde de projectleider van Haagse Aardwarmte de buurt uit voor een rondleiding. Omwonenden konden achter de geluidswal van containers komen kijken. Door het zien van de installatie en de werkzaamheden, de uitleg over geothermie en hoe de veiligheid gewaarborgd wordt creëerde dit “kijkje achter de schermen” begrip bij bewoners. In het winningsplan van HAL is een monitoringssysteem opgenomen. Dit systeem stelt eventuele trillingen vast en kan de werkzaamheden dan stilzetten. Het waarborgt de veiligheid voor de omgeving. Daarnaast heeft het KNMI met een bijdrage van de gemeente Den Haag een seismisch meetpunt opgericht. Dit meetpunt levert openbare gegevens om heel Den Haag te monitoren. 

Heldere communicatie en samenwerking

Samen met alle bewoners, ondernemers en bewonersinitiatieven werkt de gemeente aan een klimaat neutrale stad. De overgang naar schone energie is een grote opgave waar straks iedereen mee te maken krijgt. Het is dus belangrijk dat de gemeente hier zo goed en zo helder mogelijk over communiceert. De gemeente had wekelijks overleg met de stakeholders voor: 

  • Het maken van afspraken over rollen en verantwoordelijkheden.
  • Gezamenlijk werken aan oplossingen en actief hobbels wegnemen.
  • Afstemmen van de verschillende doorlooptijden.
  • Het beheren en delen van kennis.

Ook organiseerde de gemeente (vanuit het college) een technische werkbespreking voor de raadscommissie Leefomgeving waar ook Staatstoezicht op de Mijnen, het ministerie van EZK, TNO en HAL voor werden uitgenodigd. 

Afspraken met de warmteleverancier

Leg in ieder geval afspraken over de volgende punten in een contract vast:

  • De zekerheid van de levering.
  • Het beperken van risico’s.
  • Het uitbreiden van warmtenetten naar bestaande woningen.
  • En die geschikt maken voor de geothermiebron (installaties instellen op 70°C).

Een geothermiecentrale kent een opstart- en inregelfase. Bovendien is de warmtevraag vanuit de gebouwde omgeving erg seizoensgebonden. Dit kan schuren met de businesscase en de optimale inzet van geothermie. Mogelijk kunnen warmtenetten in (semi)publiek eigendom leiden tot goedkopere financiering en ook tot een versnelde uitrol van geothermie. 

Knelpunten

De gemeente en haar samenwerkingspartners liepen tijdens het traject tegen de volgende knelpunten aan:

  • Het vinden van een geschikte locatie (in de schaarse ruimte, rekening houdend met het opbouwen/ opruimen van de installatie, en ten opzichte van de gebouwde omgeving, voldoende warmtevraag inclusief veiligheids- en geluidscontouren voor woning bestaand/ nieuw).
  • Lange trajecten van vergunningen.
  • Procedures botsen met termijnen van SDE-subsidie. Het zijn niet dezelfde doorlooptijden.
  • Geothermie is duur in vergelijking met andere energiebronnen.
  • Een businesscase rondkrijgen is lastig in gebouwde omgeving. Het vollooprisico maakt of breekt de businesscase van het warmtenet.
  • Seizoensgebonden vraag vanuit de gebouwde omgeving, ten opzichte van optimale inzet van geothermie.

Over Haagse Aardwarmte Leyweg

HAL is een samenwerking tussen de gemeente, Hydreco (tegenwoordig Aardyn), Perpetuum Energy en het Energiefonds Den Haag. De financiering van het project Leyweg is naast private investeringen en de landelijke subsidie (SDE) rondgekomen door een bijdrage uit het revolvervende Energiefonds. 

Meer informatie

 

Afbeeldingen

Cookie-instellingen